Privacyverklaring

“Opdracht voor de cfo: kwalitatief en efficiënt databeheer”

30 april 2024
Tekst
Peter Ooms
Beeld
Diego Franssens

VPK, de Belgische specialist in kartonnen verpakkingen, won twee awards met zijn beleid op het vlak van duurzaamheid. VPK is een voorloper in het reduceren van CO2, maar pioniert ook met zijn duurzaamheidsrapport. FDmagazine ging in gesprek met group cfo Erik Peeters en group sustainability manager Viktoriya Bakthina.

Eén blik op de omzetgrafiek van VPK maakt duidelijk dat groei de hoeksteen is van de strategie van VPK. Hoe verzoen je dat met het streven naar duurzaamheid?

Erik Peeters: “Duurzaamheid maakt integraal deel uit van die strategie. Zonder een goed beleid op dat vlak kunnen wij onze producten niet verkopen. Grote klanten, zoals de multinationals Danone, Nestlé of Coca-Cola, lanceren regelmatig aanbestedingen van verpakkingsmateriaal. Als je niet goed scoort op duurzaamheid, mag je niet eens deelnemen aan die veiling. Het is als het ware een inkomkaartje geworden. Je moet al die vakjes kunnen aanvinken. Zonder duurzaamheidsbeleid kom je er niet in.

Dat houdt in dat wij alleen papier of karton kopen bij onze leveranciers indien zij voldoen aan diezelfde eisen. De traditionele parameters die beslissen over de aankoop – zoals de prijs en de kwaliteit – zijn nu aangevuld met CO2-uitstoot.”

Viktoriya Bakthina: “VPK heeft intussen een systeem met negen duurzame doelstellingen die gebaseerd zijn op de sustainable development goals of SDG’s (zie kader). Die zijn gekozen in functie van hun relevantie voor het bedrijf en voor alle stakeholders, zowel medewerkers als klanten, leveranciers en financiële intellingen. Zij vormen ook de kern van het rapport dat we hebben gepubliceerd en waarvoor we de award hebben gekregen van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren.

Ikzelf ben hier nu twee jaar in dienst. De eerste materialiteitsanalyse om te bepalen welke duurzaamheidsthema’s voor ons belangrijk zijn, dateert van 2014. Dit jaar voeren we die analyse opnieuw uit. Dat gebeurt in functie van de nieuwe eisen voor de dubbele materialiteit in de CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive, de Europese richtlijn voor duurzaamheidsrapportering, n.v.d.r.), aangevuld met een berekening van de financiële impact van de risico’s en opportuniteiten. Het is het resultaat van een bevraging van het directiecomité, de raad van bestuur, aandeelhouders, klanten, leveranciers en financiële instellingen. We vragen wat belangrijk is voor VPK en voor hen. Wat is de positieve en negatieve impact van VPK?”

Heeft dat ook een impact op de investeringen en de overnamedossiers?

Erik Peeters: “Die moeten in de eerste plaats passen in ons zakelijk model. VPK streeft naar verticale integratie. We produceren eerst het papier, dat we daarna verwerken tot verschillende vormen van karton. Voor de papierproductie werken we nu al met 87 procent gerecycleerde vezels. We gebruiken daarnaast een klein deel nieuwe vezels, die ook volledig FSC-gecertificeerd zijn. De volledige productie kan worden gerecycleerd.

De verticale integratie is heel belangrijk in de concurrentiële omgeving van de papier- en verpakkingsproducenten. De markt groeit nog, zeker ook door de overschakeling van kunststofverpakking naar papier en karton. In Frankrijk is dat zelfs verplicht. We maken steeds meer verpakking die ook zichtbaar is voor de consument, terwijl we vroeger meer logistieke verpakking leverden. Daardoor stijgt de vraag. De investering in een greenfieldpapierfabriek is echter zeer zwaar – makkelijk 250 tot 400 miljoen euro. Onze concurrenten wachten, net als wij, lang om die implementatie door te voeren. Er is dan krapte van het aanbod, waardoor de prijs stijgt. Daarna beginnen de nieuwe fabrieken te draaien en daalt de prijs weer snel. Dat veroorzaakt de cyclische bewegingen van onze markt. Door onze verticale integratie vangen we de prijsschommelingen in de cyclus beter op.”

Viktoriya Bakthina: “In 2021 hebben we een papierfabriek in Normandië overgenomen voor die extra productie. Heel belangrijk bij deze aankoop is de mogelijke impact op de absolute CO2-uitstoot van VPK Group. Papierproductie is een heel energie-intensieve activiteit. Die is trouwens onderworpen aan het ETS-systeem (emissiehandelsysteem, n.v.d.r.), waarbij we over CO2-uitstootcapaciteit moeten beschikken. Deels kopen we die, deels krijgen we die ook, maar dat aandeel vermindert. De kartonfabrieken vallen niet onder de ETS-regeling.

In Alizay hebben we nu een papierfabriek die al CO2-neutraal is door het gebruik van hernieuwbare energie: biogas en biomassa (houtafval). Bovendien wordt die fabriek straks ook de bron van houtpellets voor de kartonfabrieken in die regio. We investeren daar bovendien in een fabriek die houtafval opwerkt tot pellets. Dat is voor ons een bijkomende activiteit. Met die pellets kunnen we stoom opwekken in een golfkartonfabriek, waardoor we weer minder fossiele brandstof – vooral aardgas – nodig hebben. Dat is een belangrijke stap in onze roadmap voor de CO2-reductie.”

Erik Peeters: “De investering in die nieuwe fabriek heeft de CO2-uitstoot dus niet verhoogd. En we hebben nu zicht op een verdere vermindering.”

Hoe ambitieus is VPK op die parameter? Kan je als papier- en kartonbedrijf CO2-neutraal zijn tegen 2050, zoals het Akkoord van Parijs voorschrijft?

Viktoriya Bakthina: “Dat is wel degelijk ons engagement. We zullen tegen 2050 een net zero CO2-uitstoot hebben. Daarbij hanteren we de science based targets die de wereld moeten leiden naar een maximale opwarming van de aarde met 1,5° Celsius. We weten al precies hoe we de eerste mijlpaal inzake duurzaamheid – een reductie van 42 procent CO2-uitstoot tegen 2030 – zullen bereiken. Het gaat onder meer over het gebruik van biomassa, zoals in Alizay. Ook een nieuwe fabriek in Portugal is geschikt daarvoor. Uiteindelijk moeten we alle bestaande fabrieken omschakelen naar hernieuwbare energie, ook de oorspronkelijke site in Oudergem. Daarnaast zullen we ook meer biogas winnen uit onze eigen waterzuiveringsinstallaties.”

Erik Peeters: “Ten slotte leggen we elk dak vol met zonnepanelen. We hebben tientallen karton- en verpakkingsfabrieken. Dat zijn allemaal rechthoekige dozen, waardoor het dak perfect geschikt is voor het capteren van de zonne-energie.”

“Maar kan het, papier en karton maken zonder CO2-uitstoot?”

Viktoriya Bakthina: “Voor de laatste stap moeten we de praktische invulling nog vinden. Op dit moment is de technologie hiervoor nog niet robuust genoeg of bestaat ze amper. We gaan ervan uit dat die in de komende jaren ter beschikking komt. Het gaat dan om het gebruik van groene waterstof op industriële schaal. Of technieken zoals het opvangen en opslaan van CO2. Onze ingenieurs bekijken nu al die opties.”

Erik Peeters: “Als cfo sta ik helemaal achter die doelstellingen van het bedrijf. Tegelijk moet ik zeggen dat dit handenvol geld kost, voor ons en onze concurrenten. We hebben het geluk dat de kartonmarkt een heel lokaal gegeven is. Het is economisch of praktisch niet haalbaar om papier of karton te transporteren over grote afstanden. Om die reden hebben we ook zoveel fabrieken verspreid over heel Europa, met net nog nieuwe acquisities in onder andere Italië. Daarom moeten we als sector ook niet vrezen voor goedkope import uit China of andere contreien, door concurrenten die deze investeringen niet moeten doen. Ik hoor heel andere geluiden bij collega’s uit andere sectoren. Europa heeft nu wel een wet ingevoerd om die carbon leakage tegen te gaan, maar intussen is daar maar een minimale controle op. Het gaat trouwens niet alleen om CO2-uitstoot, maar ook om sociale parameters zoals mensenrechten, arbeidsverhoudingen, ethiek enzovoort.”

De CSRD-verplichtingen voor duurzaam beleid zijn inderdaad heel breed. Hoe pakt VPK al die elementen aan? En hoe capteer je de gegevens om de parameters goed op te volgen?

Erik Peeters: “VPK is een groot voorstander van ondernemerschap. We zijn wel een grote organisatie geworden, maar de lokale vestigingen en fabrieken hebben veel vrijheid om eigen initiatieven te ontplooien. Wel moeten ze de overkoepelende KPI’s voor de doelstellingen rond duurzaamheid halen. Dat gebeurt door de managers op het terrein. Zij moeten ervoor zorgen dat Viktoriya haar gegevens krijgt om het geheel op te volgen en erover te rapporteren. Daarbij heeft ze mijn volledige steun.”

Viktoriya Bakthina: “Eerst verliep dat proces volledig aan de hand van rekenbladen. Sinds een tijd gebruiken we het platform van Futureproofed om alle duurzaamheidsprojecten op te volgen. Het zijn de respectieve verantwoordelijken die daarover rapporteren: hr over opleidingen en wellbeing van medewerkers, certificatie-instellingen over kwaliteit en hygiëne, enzovoort.

Een bijkomende complexiteit is de verplichting om ook buiten het eigen bedrijf te kijken, naar de volledige waardeketen. Wat doen leveranciers en klanten op dat vlak? Niet iedereen staat te springen om ons die informatie te leveren. Dat is in de eerste plaats belangrijk voor het opvolgen van het energieverbruik. Scope 1 en 2 hebben we zelf in de hand. Die cijfers slaan op het verbruik in de eigen vestigingen en de aangekochte elektriciteit. Maar ook scope 3 telt mee, het energieverbruik bij leveranciers, het transport en de logistiek naar de klanten en de hele toevoerketen. CSRD vereist ook dat we bijkomend rapporteren over veiligheid, sociale parameters, waterverbruik, impact op biodiversiteit, enzovoort, in die value chain.”

Als alle bedrijven de cijfers voor zichzelf bijhouden, dan kunnen ze die toch bezorgen?

Viktoriya Bakthina: “Dat is de ideale situatie. In principe zouden we al platformen moeten hebben voor centrale opslag van al die gegevens. Dan kunnen klanten en leveranciers daar de ESG-data ophalen en uitwisselen. Zover zijn we echter nog lang niet.”

Erik Peeters: “In ons geval doen we nog veel zelf. We werken met heel wat transportbedrijfjes die een grote impact hebben op onze scope 3. Transport is goed voor twaalf procent daarvan. In die sector hebben de spelers nog amper gehoord van CSRD.”

Viktoriya Bakthina: “Voor transport berekenen we die CO2-uitstoot zelf aan de hand van de gereden kilometers en het gewicht van de lading. Dat doe ik in heel nauwe samenwerking met het financieel departement. Een controller zorgt ervoor dat ik die gegevens uit de facturatiesystemen kan halen. Tegelijkertijd implementeren we een tool die alle gereden kilometers verder optimaliseert, door routes beter op elkaar af te stemmen. Zo werken we nu in drie landen en dit jaar breiden we dit uit naar andere landen.”

Erik Peeters: “Het komt ons niet slecht uit dat de helft van onze scope 3 gelinkt is aan de aankoop van papier bij externe leveranciers. Dat zijn wél grote organisaties die over alle nodige data beschikken. Het is frappant hoe belangrijk het beheer van die interne en externe gegevens intussen is geworden. Daar ligt een belangrijke opdracht voor mezelf als cfo: ervoor zorgen dat de kwaliteit en de efficiëntie van dat databeheer optimaal zijn. Vandaar ook onze investering in een dataplatform om al die gegevens op te volgen.”

Daar komt nog de externe controle bij. Bij de uitreiking van de awards viel op dat veel kandidaten het duurzaamheidsrapport niet laten controleren door een onafhankelijke auditor. VPK wel.

Erik Peeters: “Dat wordt hoe dan ook een verplichting, dus moeten we ons daarop voorbereiden. Het gaat voorlopig ook nog om een beperkte controle op drie punten: energie, CO2(scope 1 & 2) en water. Die zijn het belangrijkst in de sector. Volgend jaar komt daar scope 3 bij.”

Viktoriya Bakthina: “Daarom gaat het nog steeds om een limited assurance. De auditor staat maar beperkt garant. Maar voor die drie thema’s is de controle wel volledig gebeurd. Hoe verzamelen we die gegevens, zijn ze betrouwbaar, controleren we dat …? De auditor voert ook steekproeven uit op de facturen om de totalen te vergelijken met onze cijfers. Dat zal straks helemaal identiek zijn met de financiële audit. Vanaf 2026 publiceren we trouwens een gecombineerd rapport over de financiële resultaten en de duurzaamheidsprestaties voor het jaar 2025. Vanaf dan geven de auditors een uitgebreidere assurance en is die audit ook verplicht. Nu gebeurt dat nog vrijwillig.”

Erik Peeters: “Er is een duidelijke trend in de wetgeving naar steeds meer verplichte rapportering en transparantie. Wij staan daar principieel achter. De realisatie ervan vereist wel heel grote inspanningen in tijd, mensen en geld. Terugverdienen kan enkel door hiermee een competitief voordeel te creëren of een verdere efficiëntieslag te maken. Kijk naar de verplichte e-facturatie die eraan komt. De Europese landen leggen dat nu op, in de eerste plaats om de btw correcter te innen. Het is de wet, dus we moeten wel meedoen. We starten hiermee nu in Polen en Roemenië, waar die verplichting het eerst van kracht gaat. Bij dit alles is het belangrijk om ervoor te zorgen dat onze systemen en processen klaar zijn. De familiale eigenaars blijven daarnaast zoeken naar groei en overnamemogelijkheden. We moeten ook klaar zijn om die nieuwe entiteiten te integreren in onze werking.”

ID-kit

VPK

Omzet (2022): 2,1 miljard euro

Winst voor belastingen: 193 miljoen euro

Inkomstenbelastingen: 40 miljoen euro (belastingtarief: 26 procent)

Investeringen: 135 miljoen euro

Samengesteld jaarlijks groeipercentage (CAGR): 12 procent over vijf jaar

Medewerkers: 6.500

Fabrieken: zeventig, in twintig landen

ID-kit

Finance

Accounting: 70 fte

Reporting & controlling: 35 fte

Treasury: 8 fte

Credit & collection: 20 fte

Consolidatie, taks, compliance, projecten: 15 fte

De negen duurzame ontwikkelingsdoelen van VPK

De VN hebben zeventien SDG’s – duurzame ontwikkelingsdoelstellingen – geformuleerd. VPK koos er negen en volgt die op aan de hand van KPI’s.

1. Goede gezondheid en welzijn

2. Goede kwaliteit van onderwijs

3. Wereldwijde samenwerking om de doelen te bereiken

4. Verantwoorde consumptie en productie

5. Schoon water

6. Klimaatverandering tegengaan

7. Betaalbare duurzame energie

8. Goede banen, duurzame economische groei en eerlijke verdeling van welvaart

9. Duurzame industrie, innovatie en infrastructuur